Geschiedenis
Geschiedenis ECOintention
ECOintention is uit de resonantietherapie ontstaan, die op haar beurt is voortgekomen uit de radionicia, die in de twintiger jaren aan de Stanford Universiteit in Californië werd ontwikkeld. Alle drie de methodes maken gebruik van behandelingen c.q. balanceringen op afstand middels een plattegrond of een foto.
De verschillende methodes zijn steeds minder technisch geworden. Zo wordt in de radionica alleen gebruik gemaakt van radionische apparaten. In de resonantietherapie worden daar symbolen en fractals (wiskundige afbeeldingen en formules) aan toegevoegd. Een ECOintention Practitioner gebruikt geen radionische apparaten, maar heeft een zelf samengestelde energetische huisapotheek met kleuren, kristallen, homeopathische middelen, Bachbloesem remedies, symbolen en een orgonstraler.
Tevens worden in de ECOintention de eigenaar, manager of beheerder van het project intensief bij het balanceringsproces betrokken. Dit is noch bij de radionica, noch bij de resonantherapie het geval.
De teksten op de volgende pagina’s zijn overgenomen uit de brochure ‘Resonantietherapie in acht stappen’ van het Duitse Instituut voor Resonantietherapie (IRT). Hierin stond een korte geschiedenis van de radionica en een overzicht van de projecten, resultaten en methode van het IRT. Hans Andeweg schreef de brochure in 1995.
De natuurgeneeskundige Irene Lutz en Dr. Marion Gräfin Hoensbroech waren de grondleggers van de resonantietherapie en de oprichtsters van het Instituut voor Resonantietherapie. Hans Andeweg leerde hen in 1989 kennen. In 1990 ging hij werken voor het instituut. Rijk Bols begon haar werk bij het IRT in 1994. Zij verlieten het IRT in 1998 resp. 1999. Het Instituut voor Resonantietherapie beëindigde haar werkzaamheden in 2001.
Met hun kennis van de resonantietherapie en het boek ‘In resonantie met de natuur’ legden Rijk Bols en Hans Andeweg de basis voor ECOtherapie. De eerste cursussen en projecten werden in 1999 verzorgd. Het Centrum voor ECOtherapie is in 2000 opgericht. Op 1 januari 2015 veranderden zij de naam van de methode in ECOintention en van hun bedrijf in Center for ECOintention.
Resonantietherapie
Resonantietherapie
Er zijn veel verschijnselen, waarvoor nog geen verklaring is gevonden, maar we kunnen leren daar gevoelsmatig mee om te gaan. In de praktijk komt het vaak voor, dat onvolledige, of onjuiste theorieën bruikbare kennis opleveren. Zo kunnen de banen van de planeten ook worden berekend vanuit een wereldbeeld, waarin de Aarde middelpunt van het heelal is.
In oude culturen was bekend, dat de Meester zijn kennis op de leerling kon overdragen, zonder daarbij lichamelijk aanwezig te zijn, genezing op afstand kende men ook. In 1530 schreef de arts Paracelsus: „ De mens kan op afstand werken, terwijl hij rustig op zijn plaats blijft.“ Veel van zulke verwijzingen zijn nu moeilijk te interpreteren, en veel kennis is in de loop van de geschiedenis verloren gegaan.
In de moderne tijd hebben ontdekkingen en onderzoek geleid tot de ontwikkeling van radionica en resonantietherapie. Verschijnselen, die lange tijd als paranormaal werden opgevat, blijken controleerbaar en reproduceerbaar. Zij kunnen daardoor onderzoeksobject van de natuurwetenschap worden. De techniek blijkt een hulpmiddel bij het genezen van zieke ecosystemen, en nieuwe mogelijkheden voor een verdiept contact tussen Mens en Natuur bieden zich aan.
Geschiedenis van de radionica
Dr. Albert Abrams, hoogleraar pathologie aan de Universiteit van Stanford (USA), ontdekte aan het begin van de 20e eeuw bij het bekloppen van zijn patiënten, dat elke ziekte op een speciale plaats op de buik een ongewone doffe toon te horen geeft.
Het fenomeen trad alleen op als hij zijn patiënten met het gezicht naar het westen draaide. Deze speciale stand in de ruimte noemde hij critical rotation point.
Bij gezonde mensen klonk de toon ook, als zij via een koperdraad met een zieke, bijvoorbeeld een malariapatiënt, werden verbonden. Later ontdekte Abrams, dat voor dit effect ook een druppel bloed van de malariapatiënt voldoende is. De druppel bloed vertegenwoordigt de patiënt en zijn ziekte. De druppel wordt resonator genoemd.
Omgekeerd klonk bij malariapatiënten de toon normaal hol, als de koperdraad het geneesmiddel kinine aanraakte.
Abrams nam aan, dat de via de koperdraad doorgegeven informatie van elektrische aard moest zijn. Voor betere diagnoses bouwde hij de eerste radionische apparatuur bestaande uit koperdraad, elektroden, weerstanden en potentiometers.
De Amerikaanse arts Ruth Drown ontdekte, dat Abrams genezingsmethode ook op afstand werkte. De patiënt stuurde een druppel bloed op, terwijl hij voor diagnose en behandeling gewoon thuis bleef. De methode werd radionica genoemd, omdat men dacht dat hierbij gebruik werd gemaakt van radiogolven.
Broadcasting Room Of The Drown Laboratories
De ingenieur Curtis Upton paste de behandeling ook op andere levende wezens toe. In de dertiger jaren van de vorige eeuw experimenteerde hij met potplanten. Later behandelde hij akkers en gebruikte daarvoor, in plaats van gewas- of grondmonsters, luchtfoto’s als resonator.
De Engelse ingenieur George de la Warr bouwde de Amerikaanse apparaten na. Samen met de natuurkundige Leo Corte deed hij in de vijftiger jaren succesvolle experimenten met planten.
De Duitse natuurgenezeres Irene Lutz pakt in 1986 de draad van de radionica weer op. Zij richt in 1988 het Instituut voor Resonantietherapie (IRT) op. Omdat ondertussen is gebleken, dat er bij de informatieoverdracht geen sprake is van radiogolven, maar van een speciaal soort resonantie, noemt zij de methode Resonantietherapie.
De Engelse bioloog Rupert Sheldrake beschrijft deze resonantie als morfische resonantie.
Aardappelplanten:
1 en 2 behandeld met radionica, 3 onbehandeld
Wortelen:
1 – 5 onbehandeld, 6 – 22 behandeld met radionica
Haver:
links behandeld met radionica, rechts onbehandeld
Het Instituut voor Resonantietherapie (IRT)
- Resonantietherapie is een uit de radionica ontwikkelde methode voor het revitaliseren van verstoorde ecosystemen, in het bijzonder bossen en landbouwgronden.
- De behandeling op afstand wordt dagelijks uitgevoerd in het IRT bij Dortmund via een luchtfoto van het project. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de door Rupert Sheldrake beschreven „morfische resonantie“.
- De methode heeft zich ontwikkeld van potproeven tot landschapsbehandelingen. Behandeling van zaad wordt momenteel onderzocht.
- Bij het samenstellen, uitvoeren en controleren van de resonantietherapie neemt het gebruik van intuitie een belangrijke plaats in.
- Het IRT is in 1988 door Irene Lutz en Dr. Marion Gräfin Hoensbroech opgericht. Het heeft drie afdelingen: de therapieafdeling, de afdeling fundamenteel onderzoek en de biologieafdeling.
- Het instituut heeft projecten in diverse europese landen. In Tsjechie en Rusland worden bossen groter als10.000 ha behandeld.
- Het IRT ontwikkelt de resonantietherapie zo, dat zij die niet alleen „werkt“, maar ook controleerbaar, reproduceerbaar, verklaarbaar en te leren is, waarmee zij aansluit bij de moderne natuurwetenschap.
- Het IRT beeindigde haar werkzaamheden in 2001.
- Resonantietherapie kan de overlevingskansen van ecosystemen vergroten. Het belangrijkste blijft natuurlijk het stoppen van de milieuvervuiling.
Resonantietherapie in 8 stappen
1 - Gezond bos
- In een gezond bos staan de bomen door hun stamuitstraling met elkaar in contact, er is communicatie en samenwerking.
- Het bos is een complex geheel, dat zichzelf organiseert. Dit geheel is meer als de som der delen. Het gezonde bos is een (eco)systeem.
- De informatie voor de ontwikkeling van dit (eco)systeem, bijvoorbeeld van pioniers- tot climaxstadium, is opgeslagen in een, door Rupert Sheldrake beschreven, morfisch veld oftewel attraktor.
- De bomen staan in resonantie met de attraktor en krijgen op deze manier belangrijke informatie voor o.a. de aanpassing aan hun omgeving. Het bos blijft zo vitaal.
- De attraktor bevat het „bouwplan“ van de bomen en het bos. Het genetisch materiaal in de cellen levert de „bouwstenen“.
2 - Bos met een aanpassingsprobleem
- Plotseling zakt het grondwater. Er is bijvoorbeeld in de Oostenrijkse Donau een stuwdam gebouwd, waardoor het ooibos geen water meer krijgt. Dit proces is onomkeerbaar.
- De omgeving van de bomen verandert in korte tijd ingrijpend. De wortels kunnen het grondwater niet meer bereiken. De bomen hebben een probleem; zij moeten zich aan de nieuwe situatie aanpassen, anders zullen zij sterven.
- De situatie met de stuwdam is nieuw voor het bos, het heeft nog geen „ervaring“ met een langdurig lage grondwaterstand. Voor de oplossing van dit probleem is in de attraktor geen informatie opgeslagen.
- De bomen worden zwakker. De stamuitstraling neemt af, het onderlinge contact gaat verloren. Het systeem is verstoord, lijdt onder stress en wordt gevoeliger voor ziekten en plagen.
3 - Ziek bos
- De grondwaterstand is al lange tijd erg laag, daarnaast valt er weinig regen.
- De bodem droogt uit. Het lukt de bomen niet om zich aan te passen, hun vitaliteit neemt af met bladverlies als symptoom. Enkele bomen beginnen dood te gaan.
- Er is geen contact meer tussen de bomen. Het systeem valt uiteen, complexiteit en diversiteit gaan verloren. De bomen werken niet langer samen, maar beconcurreren elkaar om water en voeding.
4 - Resonantietherapie: diagnose
In samenwerking met de eigenaar of beheerder onderzoekt een IRT-bioloog het zieke bos. Er wordt onder andere gekeken naar:
- Geschiedenis van het gebied
- Bodem- en boomsoorten
- Beheersplan
- Bodem- , blad- en naaldanalysen
- Ziekten en plagen
- Mogelijke oorzaken van de verstoring binnen en buiten het gebied
- Aanvullend worden energetische waarnemingen gedaan, zoals bodem- en stamuitstraling, op verschillende plaatsen in het bos bij een representatief aantal controlebomen.
- Hierdoor is het mogelijk om veranderingen in de levensprocessen in een vroeger stadium waar te nemen.
5 - Resonantietherapie: holon vinden en contact maken
- Na de diagnose wordt getest of het gebied op een behandeling kan reageren. Resonantietherapie kan alleen hele systemen behandelen.
- Meestal zijn de bezitsgrenzen niet de natuurlijke grenzen. Aangrenzende bosgebieden, onderdelen van het systeem, worden in dat geval meebehandeld.
- Het behandelde gebied heet holon. Het holon wordt op een luchtfoto gemarkeerd en uitgeknipt.
- Morfische velden en attraktoren zijn onbegrensd, ze zijn overal in het hier en nu aanwezig. De attraktor van het zieke Oostenrijkse bos is daarom ook aanwezig in bijv. Duitsland of Zuid-Afrika.
- Om in het instituut met de attraktor in resonantie te kunnen treden, heeft de resonantietherapeut een „antenne“ nodig.
- Voor het functioneren van de antenne is gelijkvormigheid belangrijk. Gelijkvormige structuren zijn met elkaar in resonantie. Een luchtfoto is in zekere zin gelijkvormig met het werkelijke bos. De luchtfoto van het holon is daarom als een antenne, die door resonantie in verbinding staat met de attraktor van het bos in Oostenrijk.
- Voor een optimale resonantie wordt deze antenne, de z.g. resonator, in het critical rotation point gedraaid.
6 - Resonantietherapie: therapieprogramma maken
- De resonantietherapeut probeert het bos informatie aan te bieden, waarmee het bos zelf zijn probleem kan oplossen.
- Met behulp van de resonator treedt hij in resonantie met de attraktor van het bos.
- De oplossingen, die de therapeut kan aanbieden, liggen opgeslagen in andere attraktoren. Materieel worden deze o.a. voorgesteld door fractalen of symbolen. Fractalen zijn wiskundige zelfherhalingen, waarmee het mogelijk is vormen en processen in de natuur te beschrijven.
- Symbolen en fractalen worden informatoren genoemd.
- Een symbool is een complexe informator, die veel informatie, dus veel mogelijke oplossingen bevat. Dit is te vergelijken met een boek. Een fractaal is een eenvoudige informator, er ligt maar één antwoord in opgeslagen, bijvoorbeeld wortelgroei.
- Met behulp van de informator treedt de therapeut in resonantie met de symbool-attraktor en de daarin opgeslagen antwoorden. Hij is nu instaat om intuïtief te „vragen“ in welke oplossingen het bos „geïnteresseerd“ is.
7 - Resonantietherapie: behandeling
- Na verschillende testen blijkt, dat het bos onder andere „geïnteresseerd“ is in wortelgroei, dit helpt de bomen het lage grondwater te bereiken.
- Zo ontstaat een therapieprogramma met verschillende probleemoplossingen, bestaande uit enkele symbolen en een fractaal voor wortelgroei. Voor elke informator wordt duur, ritme en intensiteit getest, waarmee zij het bos worden aangeboden.
- De resonator en informator worden vervolgens op elkaar afgesteld door hen als antennes in speciale critical rotation points te draaien. Bij de juiste „scherpstelling“ kan de bos-attraktor de oplossingen van de informator overnemen.
- Deze informatieoverdracht vindt dus plaats zonder hulp van apparaten.
- Door de informator en resonator in radionische apparatuur te leggen wordt de behandelingsduur verkort en de effectiviteit wezenlijk vergroot.
- Een behandeling duurt twee tot vier uur per dag en wordt dagelijks door twee therapieassistenten uitgevoerd. Om de drie tot vier weken, afhankelijk van het jaargetijde en de reactie van het bos, worden nieuwe therapieprogramma’s gemaakt.
8 - Geregenereerd bos
- Het bos heeft drie jaar resonantietherapie gekregen. Door de radionische apparatuur werden de probleemoplossingen dagelijks met hoge frequentie herhaald.
- Door deze herhaling van de informatie is een nieuwe attraktor ontstaan. Het bos heeft een antwoord op zijn probleem gekregen; door wortelgroei zijn de bomen in staat om zich aan te passen aan de lage grondwaterstand.
- De stamuitstraling neemt toe en het contact tussen de bomen wordt hersteld.
- Het (eco)systeem begint zich opnieuw te organiseren en de bomen regenereren.
- De behandeling kan worden gestopt, maar de komende jaren wordt het bos nog regelmatig bezocht voor biologische- en energetische controles.
- Resonantietherapie kent grenzen; ieder systeem heeft een bepaalde „speelruimte“ waar binnen het zich kan aanpassen aan veranderingen in het milieu. Resonantietherapie kan deze ruimte iets, maar niet oneindig vergroten.
Park Laxenburg
Resonantietherapie voor Park Laxenburg
In september 1990 gaf de regering van het Bundesland Niederösterreich het IRT de opdracht om het Park Laxenburg bij Wenen te behandelen.
Laxenburg is een 250 ha groot landschapspark, dat jaarlijks door ongeveer één miljoen mensen wordt bezocht. De parkbomen, in het bijzonder de Eiken, Linden, Platanen en Paardenkastanjes, hadden een slechte vitaliteit, aan het einde van de jaren tachtig was deze nog eens beduidend afgenomen.
Park Laxenburg werd behandeld van september 1990 t/m november 1994. Een onafhankelijk onderzoeksbureau onderzocht in opdracht van de regering het effect van de resonantietherapie. Het bureau stelde na drie jaar een vitaliteitstoename van 21% vast.
Linden, september 1990,
voor de resonantietherapie
Linden, september 1993,
na drie jaar resonantietherapie